» Boeken » 100 Jaar Akkerbouw 1883-1983 » Pagina 48-49
Er was in het jaar 1927 veel hagelschade bij tuinders en een brochure
over hagelverzekering had daarom belangstelling.
Zes tuinders verzochten de gemeente in 1928 om een brug te mogen leggen
over Kleingouw, maar de leden werd aangeraden hiertegen te protesteren in
verband met de daaruit voortkomende doorvaartbelemmering. Daarom werd er
uiteindelijk maar één rolbrug bij P. Singer Jr. aangelegd.
Alles in deze wereld hangt samen: omdat de hondenbelasting hoog was, waren
er weinig honden en daardoor veel ratten en dus veel schade aan
bloembollen. Dus ging er een verzoek uit ter verlaging van de
hondenbelasting.
In september 1928 ging men naar Groesbeek voor houtaankoop uit een gebied
van 7.000 ha bos, dat zich tot over de Duits-Nederlandse grens uitstrekte.
De Vereniging van oud-leerlingen van de Rijkstuinbouwwinterscholen van
Hoorn en Alkmaar kregen subsidie om lezingen te gaan houden over
kassencultuur en kassenbouw. En er werd steun verleend aan cursussen over
ziektebestrijding in de bollenteelt en over bemestingsleer.
Onafscheidelijke kameraden: de bouwer met zijn hondje, dat de ratten en de eenzaamheid verdreef, dat aanspraak gaf op de bouw.
In 1929 wil men een lagere tuinbouwschooi stichten in Enkhuizen en natuurlijk
verleent Akkerbouw daaraan ook steun.
Dat jaar was begonnen met een zeer koude en zeer langdurige winter: de bekende
"Winter van '29",
waaraan vele ouderen nog herinneringen hebben.
Op 12 februari vond de eindles van de tuinbouwcursus plaats, maar 30° C vorst
op die dag maakte dat er weinig belangstelling was voor die eindles.
In april werd een motie ondersteund van de afdeling Tuinbouv-Andijk tegen de
oprichting van de bollenveiling door "De Tuinbouw" in
Grootebroek. En in december wordt gemeld dat de
"bloembollengaasbak" de "bak van de toekomst" zal zijn.
Zo maakte men voorheen afwateringssloten. De man op de achtergrond plaatst een zichtbord, de man met de hamer slaat het bord op diepte en de mannen met de schoppen maken de sloot op diepte en verzorgen de taluds.
Het jaar 1930 is het bestuur voor de bloembollencultuur niet erg actief. En dus meent Akkerbouw dat
er eens iemand moet komen spreken over schuurverwarming voor bloembollen en dat er meer aandacht nodig
is voor de soortenkennis.
Bij benoeming van onderwijzers moet er meer worden gelet op het bezit van een akte land- en tuinbouw.
In de herfst moest een algemene tuinbouwcursus worden georganiseerd voor ƒ 10,00 lesgeld per
leerling en wat het meer zou moeten kosten zou Akkerbouw bijpassen.
Landarbeiders uit Andijk-West vroegen bemiddeling bij het vaststellen van de loonregeling voor 1931.
Dat vroeg serieus overleg maar men was bereid een gesprek aan te gaan met een van de hoofdleiders van
hun moderne arbeidersbond om aan te tonen dat die leiders meestal eenzijdig werden ingelicht met een
te somber beeld van de situatie van de arbeiders en een te rooskleurige afschildering van de positie
van de patroon of werkgever. Men vindt dat de plaatselijke sociale verhoudingen er best mee door kunnen.