» Diversen » De Speelwagen » 1950 » No. 6 » pagina 178-180
Eerder verschenen in 'De Speelwagen',
5e jaargang,
1950,
No. 6,
pagina 178-180.
Uitgave: Historische Genootschappen in Hollands Noorderkwartier.
Auteur: Ir. J. N. Blaauw.
Precies, maar om te kunnen meten moet men over een maat beschikken en die naar behoren kunnen hanteren.
Over een maat dus, een el, een kop, een pond.
Men moet nooit met twee maten meten. Meet men met meerdere maten, dan wordt de zaak hopeloos. En toch
met wat al maten is er in Speelwagenland alleen al niet gemeten geworden. Misschien is het voor een
deel onze onafhankelijkheidszin geweest, die in deze overdaad onbewust tot uiting kwam.
Uit de vierde druk (1902) van W. C. H. Staring's Maten, gewichten en munten volgt hieronder
wat er alleen al in Noordhollands Noorderkwartier, voor deze speciale gelegenheid, met annexatie van
Amsterdam, op dat gebied alleen al aan lengtematen voorhanden was.
Akersloter roede van 16 voet Alkmaarder roede van 12 voet Amsterdamse el Amsterdamse ronde mast palm Amsterdamse diameter palm Amsterdamse voet van 11 duim Amsterdamse roede van 16 voet Barsingerhornse roede van 12 voet Berger roede van 18 voet Castricummer roede van 18 voet Drechterlandse roede van 12 voet Geestmerambacht buitensluis roede van 12 voet Geestmerambacht binnensluis idem Grafter en Schermerhorner voet Grafter en Schermerhorner roede van 16 voet Heilooer roede van 12 voet Hondsbosse en Rijper voet Hondsbosse en Rijper roede van 12 voet Huisduiner roede van 12 voet Noorderkogge roede Purmerender roede van 12 voet Rijnlandse roede van 144 lijn Rijnlandse roede van 12 voet Rijnlandse roede van 16 voet Schagerkogge roede Barsingerhornse Zeedijk Schagerkogge roede Haringhuizer Zeedijk Schagerkogge roede West-Friese Zeedijk Schoorlse roede van 18 voet Texelse dijkroede van 16 voet Uitgeester roede van 14 voet Valkooger roede van 12 voet Waterlandse roede van 14 voet Westzaner roede van 14 voet Wieringer roede van 12 voet Winkeler roede Zeevang roede |
Lengte in m 4.567 3.356 0.68781 0.0955 0.030402 0.283133 4.53 3.403 5.682 5.202 3.921 3.839 3.496 0.286978 4.591648 3.375 0.28523 3.42276 4.789 3.95 3.956 0.313947 3.767364 5.023152 3.4877 3.4233 3.778 5.343 5.2395 4.157 3.529 3.9 3.777 3.774 3.446 3.885 |
Als vlaktematen had men de Amstellandse maat van 500 vierkante roeden, de morgen die voor Akersloot,
Graft en Schermer 360 vierkante roeden omvatte, doch merendeels 600 vierkante roeden groot was, terwijl
die voor Barsingerhorn, Geestmerambacht, Buitensluis, Niedorp, Valkoog, Venhuizen en Winkel uit 720
vierkante roeden bestonden. De Uitgeester morgen telde 480 vierkante roeden.
De man die een zeer belangrijk aandeel heeft gehad in de totstandkoming van het metrieke stelsel,
wiens levensbeschrijving men kan vinden in het Album der natuur 1881 en naar wie de stad Amsterdam
twee harer straten heeft genoemd, was Jean Henri van Swinden, geboren 8 Juni 1746 te 's-Gravenhage en
overleden 9 Maart 1823 te Amsterdam.
Hij studeerde te Leiden van 1763 tot 1766, werd reeds in datzelfde jaar professor in de wijsbegeerte
en natuurkunde aan de hogeschool te Franeker, welk ambt hij in 1785 verwisselde voor dat van hoogleraar
in de filosofie, natuur-, wis- en sterrenkunde aan het atheneum te Amsterdam.
Gedurende zijn Amsterdamse tijd en wel sedert 1787 vormde hij met Pieter Nieuwland en Gerard Hulst
van Keulen de „Commissie tot de zaken het bepalen der lengte op zee en het verbeteren van de
zeekaarten betreffende”, welke commissie in datzelfde jaar uitgaf: Verhandeling over het
bepalen van de lengte op zee, een boek, dat de Franse astronoom Lalande waard achtte te worden
vertaald, zodat het ook voor de niet-Hollandse zeeman nut zou kunnen hebben1 (J. Lalande, Abrégé de navigation, Paris 1793).
Gezien de invloed die van Swinden op het onderwijs in de zeevaartkunde gehad heeft en waarmede menig
Noordhollands stuurman zijn voordeel gedaan zal hebben, zal zelfs, zo die er zijn mocht, een chauvinistisch
Speelwagengenoot moeten toegeven, dat aan van Swinden in dit, mede aan de geschiedenis in Noordholland
boven het IJ gewijde tijdschrift terecht een plaatsje behoort te worden ingeruimd.
In verband met de invoering van het metrieke stelsel heeft van Swinden in 1802 een boek geschreven
De volmaakte maten en gewichten, waarin in tegenstelling met andere werken uit die tijd vele
gegevens zijn te vinden over de geschiedenis der maten en gewichten van de vroegste tijden af en getracht
wordt het verband te vinden tussen de maten der Ouden en de maten aan het begin der negentiende eeuw.
Door het teloorgaan van eertijds aanwezig geweest zijnde slapers (standaardmodellen) en de onnauwkeurigheid
der nog aanwezige standaarden, staat dit verband echter op zeer losse schroeven, zodat van Swinden
bijv. de overtuiging van Snellius, die geloofde dat de Rijnlandse voet zou overeenkomen met de Romeinse
voet, die gevoelen niet kon delen en eerder geloofde aan een verbastering er van.
Ir. J. N. Blaauw
1 Zie Ernst Crone, Cornelis Douwes, zijn leven en zijn werk, blz. 41.