» Diversen » Artikelen uit WFON » 2002 » Pagina 12-13
Eerder verschenen in West-Friesland Oud & Nieuw, 69e bundel, pagina 12-13.
Uitgave: Westfries Genootschap, 2002.
Ed Dekker
Het aantal rijksmonumenten in Andijk is beperkt tot drie. Twee daarvan zijn stolpen, Bangert 28
en Dijkweg 296.
Het andere rijksmonument is de gereformeerde kerk. Dit gebouw is ruim 350 jaar jonger dan het oudste
uitwendig nog grotendeels in oorspronkelijke staat verkerende pand in Andijk: de Buurtjeskerk (daterend
van 1667). Dit gebouw, inwendig enorm veranderd, heeft geen monumentale status. De gereformeerde kerk
wordt ook wel de ‘gereformeerde kathedraal van West-Friesland’ genoemd.
Financiële middelen voor de bouw welhaast onbegrensd
De Groningse architect Egbert Reitsma heeft de gereformeerde kerk in de jaren 1929-1930 kunnen realiseren
uit welhaast onbegrensde middelen. De kerk is een van de meest exuberante gereformeerde kerkgebouwen
van Nederland en is gebouwd in een expressionistische bouwstijl met verwijzingen naar de gotiek. De
kerk is karakteristiek voor de architectuur van de Amsterdamse School. Concurrentiemotieven speelden
zeker een rol bij de bouw van dit spectaculaire monument. De Gereformeerde Gemeente wilde wedijveren
met het tien kilometer zuidelijker gelegen Enkhuizen en met de grote neo-gotische kerk van het naburige
katholieke dorp Wervershoof.
De ‘gereformeerde kathedraal van West-Friesland’ staat in Andijk, Middenweg 4. De kerk is
met bijna onbegrensde middelen gebouwd.
De kerk is te beschouwen als een mijlpaal in de emancipatie van de gereformeerden. Het verschil tussen
de kleine kerken uit de doleantietijd (1886-1892) en deze gereformeerde kerk symboliseert de groei van
de positie van de ‘kleine luyden’. Zij moesten zich profileren. Enerzijds ten opzichte van
de hervormden van wie ze waren afgescheiden, anderzijds ten opzichte van de katholieken die sinds 1853
eveneens bezig waren hun sinds de reformatie verloren gegane positie te herwinnen.
Andijk had in de jaren twintig van de vorige eeuw bloei doorgemaakt in de bollenteelt. Daaruit is
te verklaren dat de gereformeerde gemeenschap zo'n dure kerk heeft kunnen bekostigen. De nieuwbouw
verving een te klein geworden negentiende-eeuws kerkje.
Het oorspronkelijke plan vergde een investering van ƒ 120.000. Er was echter ‘maar’
ƒ 90.000 beschikbaar. Het kerkbestuur wilde ƒ 15.000 besparen door de toren weg
te laten. Reitsma kwam met een herziene begroting van ƒ 100.000, met daarin een toren van
veertig meter.
De eerst steen werd gelegd op 25 juli 1929. De bouw vorderde langzaam. De export van bloembollen viel
grotendeels weg door de economische wereldcrisis en dat had zijn weerslag op het verwerven van fondsen.
De ingebruikname van de kerk werd gevierd op 3 september 1930. De uiteindelijke kosten van de nieuwbouw
bleken te zijn gestegen tot zelfs ƒ 180.000. Vooral dank zij collectes en andere bijdragen
vanuit de gemeente bleek het financiële offer toch niet onoverkomelijk te zijn.
Architect Egbert Reitsma beschouwde de kerk van Andijk als zijn beste werk. Er is plaats voor
twaalfhonderd mensen.
Hensbroek, februari 2002