» Historisch overzicht van het bestuur van de gemeente Andijk » 1953 - 1954
23-02-1953
Nu de pachter van de proefpolder, de heer A. Geertsema, een bedrijf
in de Noordoostpolder krijgt, is de gemeente in de gelegenheid ten
behoeve van de inwoners van de gemeente deze polder te pachten. De
polder is te gebruiken, althans voor een groot gedeelte, als
tuinbouwgrond, hetgeen voor verschillende ingezetenen de gelegenheid
biedt een tuinbouwbedrijf te stichten of een bestaand bedrijf uit te
breiden. Ingangsdatum 1-11-52 (voor het erf zal de pacht ingaan op
1-05-53). In ruil hiervoor moet de pacht van gronden in de
Wieringermeer, nu via de gemeente in pacht bij tuinders uit deze
gemeente, m.i.v. 1.11.53 niet langer worden verlengd. Dit betreft 2/3
deel der gronden aldaar. Naderhand krabbelt domeinen nog iets verder
terug, waardoor nog maar drie onderpachters genoodzaakt zijn hun
bedrijf op andere grond voort te zetten. Overigens is niet de gehele
polder zo geschikt voor de tuinderij. Bijna 15 ha. grond, voornamelijk
gelegen ten zuiden van de maalsloot is van slechte tot matige
kwaliteit. Deze gronden bestaan hoofdzakelijk uit gras- en weiland en
zijn alleen geschikt voor een veehoudersbedrijfje. De humuslaag van
het gras- en weiland is zo gering, dat daaraan de uiterste zorg moet
worden besteed door bemesting met stalmest, teneinde de laag dikker te maken.
20-03-1953
Na een advertentie in "De Andijker" blijken er 29
gegadigden voor de grond in de proefpolder te zijn. Er zijn 23
percelen beschikbaar; 9 daarvan zijn tuinbouwgronden, 11 percelen zijn voor de veehouderij.
3-06-1953
Alvorens met de afwerking van de agenda te beginnen, houdt J. de
Vries, sprekende namens de A.R.- en R.K.-fractie een betoog naar
aanleiding van een h.i. tendentieus en misleidend
raadsverkiezingspamflet van de C.P.N. M.b.t. de eis dat communisten
tot wethouder verkiesbaar moeten zijn. merkt hij op dat in een
democratisch bestel de meerderheid beslist, waarbij de minderheid zich
behoort neer te leggen. Wat betreft de tekorten op de begroting wordt
gewezen op de afhankelijkheid van het rijk. De woningtoestand is
steeds een zorgenkindje van de gemeente geweest; dat niet gebouwd kan
worden ligt niet aan de raad. Instelling van een gemeentelijke
commissie voor sociale zaken is gelet op het aantal gevallen niet
gewenst. Verzorgingshuizen kunnen i.v.m. de samenstelling der gemeente
niet van gemeentewege worden opgericht. Als bijzonder grievend wordt
de geponeerde stelling ervaren dat het openbaar onderwijs ten achter
wordt gesteld bij het bijzonder. Het culturele leven heeft de volle
belangstelling van de gemeente. De raad neemt met 6 tegen 4 een motie van afkeuring aan.
I.v.m. de financiële toestand van de gemeente moet het plan voor de
bouw van de burgemeesterswoning worden gewijzigd in een kariger plan.
De kosten gaan van ƒ 50.000,- naar ƒ 38.600,-.
1-09-1953
Wethoudersverkiezing. A.R. en R.K. hebben een raadsmeerderheid en
zij besloten tot samenwerking. De A.R. claimt als grootste partij één
wethouderszetel. De P.v.d.A. heeft de grootste vooruitgang geboekt en
40% van het aantal stemmen verkregen. Ook zij verlangt een wethouderszetel,
hetgeen door het blok van de christelijke partijen wordt verhinderd.
21-12-1953
Verbreding van het Hornpad, dat een 4 m brede verharding heeft en
geen bermen. Er komt 1 m bij. Het gebruik van het pad, dat
oorspronkelijk zich bepaalde tot het verkeer met paard en wagen, is in
latere tijd meer intensief geworden (vrachtauto's en doorgaand verkeer).
Invoering van een gebed in de vergaderingen van de raad. Iedereen die
in God gelooft moet kunnen meebidden. Het gebed behoeft niet meer te
bevatten dan een souvereiniteitserkenning Gods over heel het leven.
Volstaan zou kunnen worden met een openingsgebed. De tekst van het
gebed dient in het Reglement van Orde te worden opgenomen. De linkse
oppositie spreekt van misbruik van macht door de raadsmeerderheid, en
splijtzwam in de saamhorigheid. 7 - 3 aangenomen. B&W 7 - 3: ln A.R.-kringen gespr over gebed.
4-02-1954
Grondaankoop i.v.m. realisering van de uitbreidingsplannen Horn en Bengert.
26-03-1954
Het bestuur van de polder Het Grootslag heeft zich tot de gemeente
gewend met het verzoek tot een bijdrage in de kosten van verbetering
van de Oostersluissloot, nodig voor een goede verbinding met de
veiling te Bovenkarspel. Kosten ƒ 18.000,-. Grootebroek en Andijk dragen elk
ƒ 4.000,- bij, nadat Grootebroek vanwege "oud zeer" m.b.t. niet-doortrekking
van de weg en vaart naar Grontebroek tot de Spoorsloot eerst niet wilde meedoen.
Het voorstel wordt aangehouden. 25-3-55 acc.