» Religie » Masereeuwers "Vrienden van de waarheid" » Pagina 13
Jan Masereeuw schreef aan Sijmen Swier vele vaderlijke brieven, ook namens vader Klaas Swier en verdere familie. Sijmen Swier schreef zo goed mogelijk terug. Die brieven zijn gelukkig bijna allemaal bewaard en geven een goed beeld van die benarde tijd. Ook de toestand op geestelijk gebied werd uitvoerig beschreven. Op 16 December 1830 schreef Jan Masereeuw:
"Wij hebben uwe mesieve van 10 dez: in welstant ontfangen.
Ja, mij meugen alle te samen soo ver mij bekent soo wel hier als de vrienden te Andijk in een redeljke welstant door 's Heeren goedhyt leven en verkeeren, behalven J. Hasselman en P. Veen, die zijn na den geest vrij wat vervangen door veele verkoudende stormen der vreemde leere, soo datte sij zelfs kwijnende zijn en als door geestelijke teringziekte in de waarhyt en het getuigenis van dien zeer wankelende, vermits de vijanden daar tot hier aan toe overeenkomstig haar soo genaamde werkeloos gevoelen niet werkeloos stilgezeten hebben, teveel om dit alles te melden. Maar opdat gij zult kunnen zien en bemerken dat dit vreemde vuur nog niet onder de as ligt en veel minder uitgedooft is daarom leg ik hier (tot een klein staaltje) een compie in van een brief, door een particulier man geschreven aan P. Kooyman tot een (wygerent) antwoort op sijn versoek. Doch buiten dien maggen wij onder Gods beschermende vaderlijke liefde en sorge rustig en vreetsaam onder elkandere verkeere en stoorloos tweemaal per week, sijnde Dingesdag en Vrijdagsavonts bij elkander komen, bijde met een wijnig verandering als tevooren namentlijk Vrijdagsavonts lezen wij uit het boekje van de vrouwen bijde avonde na 't koffijdrinken spreken wij over een deeltje of onderwerp van de cattekissemus, om zooveel mogelijk is, de Egyptische tooverkragt door 's Heeren hulp buiten te keeren. Het spijt ons dat wij er een uit ons midden moeten missen, maar het vertroost ons niet minder dat het u selven het meeste ter harte gaat..." enz. enz.