» Oud Andijk in Beeld » Deel 3 » Pagina 31
31.
Het hoekje rechts op de ansicht is wel wat donker uitgevallen, maar toch nog
duidelijk genoeg om het spultje van Jan Buishand te herkennen.
Van Piet Appels huisje, nr. 20 is geen spoor meer te bekennen. Het is gesloopt
en afgevoerd. Of dat van huisschilder Gert Vlaar (Ertje) en Leentje Bakker is
verplaatst, valt te betwijfelen, het stond oorspronkelijk al vrij ver van het onderpaadje af.
Behalve als huisschilder genoot Gert ook bekendheid als een man begiftigd met een grote dosis humor.
Ook het huis van Griffioen, nr. 22, missen we. Zo ook nr. 23 van Jan Koen en
blinde Naatje. Of ze geheel blind was is een vraagteken, aangezien ook zij er een nerinkje er op na hield.
Nr. 24 van Outjert Krul is ook verleden tijd geworden, maar de nummers 25 van
de weduwe Silver (later Jan Eilander resp. Jaap Veenstra en Afie waker), 26 van
Jan de Haas en Afie Broer. en 27 van de weduwe J.v. Dok-Minnes zijn, na achteruit te zijn gezet, gebleven.
De kale vlakte tussen de nummers 21 en 25 heeft inmiddels weer een vriendelijker
aanzicht gekregen. Daar zijn later twee nieuwe woningen gebouwd.
Een van de mensen die, na 1916, z'n brood heeft verdiend met het slopen van huizen en schuren
was Jan Veenstra, thans wonende in een bejaardenhuis te Enkhuizen.
Veel van wat er was gebeurd gedurende die tijd stonden hem nog helder voor de geest.
Dat het huisje van Pieter Appel, nr. 20, door een golf prut en water was ingedrukt,
dat de taak van agent Griffioen bestond uit o.a. aanplakken verordeningen (hij
toog dan per rijwiel met aan het stuur een lijmpotje door het dorp), en het mooiste verhaal over hem zelf.
Jan zou de sloop van het dubbel woonhuis van Jan en Nanne Singer (nrs. 14 en 15)
voor zijn rekening nemen, hij deed dat alleen.
Tijdens de sloop ging het mis. Het huis stortte in en Jan raakte bedolven onder stenen, balken en dakpannen.
Gelukkig stond hij in een klein ondiep keldertje, dat redde hem.
Na verloop van tijd misten z'n maten hem, gingen op onderzoek uit en vonden hem
na enige tijd bedekt met een laag gruis en stof, maar toch met goede afloop.
Zo ging het slopen in die tijd, alles handwerk met hamer beitel en koevoet. Zwaar
werk. Vandaag de dag gaat dat even anders, dan zien we een grote mobiele kraan
die met een paar grote zwaaien „in een poep en een zucht” de tent plat heeft.