» Oud Andijk in Beeld » Deel 3 » Pagina 56
56.
1913. Theetijd, of middag, bij slager Piet de Vries en Anne Brinkman.
De onverwachte verschijning van de kiekkastman heeft het gezelschap verrast. IJlings zijn de stoelen
richting dijk omgedraaid, dit is een belangrijk moment, “kosteloos op portret”. Ondanks de plotselinge
ommekeer blijven de dames aktief. De twee vooraan laten duidelijk zien waar ze mee bezig zijn, breiwerk
voor de komende winter.
Afgaande op de zwarte knotten wol op het tafeltje is de links zittende vrouw nog niet klaar maar het
werkstuk heeft al omvang.
Waar lazen we dat ook al weer, dat een vrouwehand en een paardetand niet mogen stilstaan? Goed dat er
een deel van de slagerswinkel en slachtplaats meegefotografeerd is waardoor deze opname kan worden
vergeleken met de vorige. Ook de twee kleine huisjes zijn eigendom van Piet, daar woonden de andere
familieleden, t.w. Jan de Vries en Aaltje Veer en Dirk de Vries en Trijntje Zwier.
Links vooraan het hokkerige erf van Kees Jongejeugd (Hit).
Daarachter een huis bestemd voor tijdelijke opvang, het staat er nu nog. Het wordt dubbel bewoond. Onder
de velen die daar hebben gewoond, noemen we de familie's (Jan) Compas en (Herke) Dekker. De tijdelijke
bewoning was o.a. onderdeel van het programma inzake afbraak, verplaatsing, herbouw woningen gedurende
de periode 1916-1925. Het waren er slechts enkelen die gelijktijdig met huis en haard verhuisden.
“Gezicht op de Landstraat Andijk” vermeldt de drukker.
Behalve dat zien we meer, zoals een aantal boerderijen van o.a. Melgert Veer en Kees Schouten. Die waren
toen te bereiken via het Singerspad, na 1916 ook via Klein Gouw.
Het grote huis aan de Landstraat, voor twee gezinnen, was het eerste dat aan die straat werd gebouwd.
Dat bood onderdak aan ex kastelein Jan Singer en Corn. Tuytel en Grietje Mos. Bestudering van het huisje
rechts daarvan (met vergrootglas) resulteerde in de leuke ontdekking dat het in 1905 is gebouwd. Dat
jaartal wordt vermeld op het pannedak.
Ander soort pannen en een dakkapel hebben later deze historische vermelding doen verdwijnen. We geven
nog even de naam van de man die daar woonde. Dat was Simon Mantel, bijgenaamd “pijpekop”. In het, zich
wit aftekenend, huis naast dat van Jan Singer woonde Hendrik Tensen.