» Boeken » Stichting Ontwikkeling Leliecultuur » Pagina 26
Zoals gezegd werd de S.O.L. als stichting lid bij en tijdens de oprichting
van deze stichting en is onder andere J. de Boer daarin jaren als S.O.L.-vertegenwoordiger
en in een soort adviserende en besturende rol vertegenwoordigd geweest.
Het doel om het goede virusvrije meristeem materiaal te verkrijgen creëerde
en aantal zaken aan de vraag- zowel als aan de aanbodkant van het produkt virusvrije
lelies. Een groep mensen zocht een mogelijkheid in eigen hand en onder eigen
controle. Een instantie met ervaring wat betreft virusbestrijding (in aardappelen)
zocht wat extra emplooi voor mogelijkheden en middelen en na een tijdje hard werken,
wikken en wegen en regelen valt alles op zijn plaats. Natuurlijk zijn er onverwachte
problemen, niet weinig zelfs en moet er wel eens opnieuw worden gerekend. Toch
heeft ze voor de S.O.L. zowel als voor andere leden ontegenzeggelijk een heel
belangrijke functie vervuld en ze is, als basis van een wassende vloedgolf van
virusvrij materiaal, een heel belangrijke schakel in de ontwikkeling van de leliecultuur
geweest.
Uiteindelijk is de stichting ongeveer ondergegaan aan zijn eigen succes, want
iedereen die goed basismateriaal had kon wel een tijdje vooruit en vooral toen
er twee-jarige buitenteelt uit voortkwam met nog een goede EE als voorletter
konden er schubbollen bij tienduizenden worden verkocht en verminderde de vraag
van lieverlee.
In het begin van de S.O.L. kochten een aantal mensen witte en gele Enchantmenten
uit Amerika van een gerenommeerd bedrijf. De witte bollen zagen zelf niet zo wit
en leken op bruine Enchantmenten. De commissionair (G. Vriend) vond ze er wel
goed uitzien, met als resultaat dat we enkele partijtjes 100% virus in de kas
kregen van een soort dat later als Sterling Star toch zijn rol heeft meegespeeld.
Ook de gele Enchantment (Connecticut King) gedroeg zich nogal hoogbejaard. Interessant
studiemateriaal voor de hele S.O.L. maar geen kaskraker. Door zulke incidenten
werd het belang van het virusvrije onderkend en benadrukt.
In de beginjaren kwamen Connecticut King en Pirate als gedoodverfde winners ongeveer
gelijk op de markt. Alle kreten van kwekerslust waren hierop van toepassing,
maar Pirate, wat toch een heel aardig lelietje leek, ging ten onder aan een ordinaire
overproduktie in combinatie met dubbelneuzen, fusarium, bladverbranding enzovoorts
en verdwenen in enkele jaren rigoreus.
Klik hier voor een grotere versie van onderstaande scan.