» Weekblad "De Andijker" » Woensdag, 13 februari 1985, No. 7, 63e Jaargang
Bij het 75-jarig jubileum van het timmerbedrijf H.J. de Vries & Zn. hebben we de huidige eigenaar Piet de Vries gevraagd iets over de geschiedenis van dit bedrijf te vertellen:
Op 31 januari 1910 stak opa (pake) Hendrik de Vries van Warns, in Friesland met vrouw en zijn 2 zonen
de Zuiderzee over, en vestigde zich in Andijk, waar hij een timmerzaak overgenomen had.
In Friesland, waar hij ook een timmerzaak had, verkocht hij de boel aan een fouragehandel.
De spoeling was daar in die tijd zo dun voor ambachtslui, dat men, als er bij een boer een karwei te doen
was, bij het damhek al zowat de pet in de hand moest nemen om de boer gunstig te stemmen. Dit stond pake
blijkbaar niet aan.
Daar, in die eerste timmerwerkplaats gebeurde zoals gebruikelijk al het werk nog met de hand. Maar mijn vader,
die wel wat in machineriën zag bouwde een cirkelzaagmachine, voortgedreven door een windmolen. Als er
geen wind voorradig was moest aan een groot rad gedraaid worden. Wat trouwens ook het geval was als er teveel
wind was. Na de dijkdoorbraak van 1916 werd het spul onteigend, omdat de nieuw te maken weg dwars door huis
en werkplaats zou lopen. Op de huidige plaats werd een zaak gekocht van P. van der Leek, welke een kippenfarm
in Amerika begon. En na dat het bijbehorende woonhuis een kwart slag gedraaid en een stuk naar achter gezet
was, omdat ook hier de weg moeilijkheden gaf, kon er verder getimmerd worden.
In deze werkplaats stond een machine met als krachtbron een petroleum motor. Toen Andijk op het electriciteitsnet
werd aangesloten, werden meer machines aangeschaft.
Op een rekening van een machinehandel, gedateerd 30 maart 1927 staat een geleverde schaafmachine voor
ƒ 500,-. Toen in 1978 alle oude machines vervangen werden door moderne, waaronder een zeven-assige
4 zijdige schaafmachine, bracht die machine uit 1927 bij inruil ƒ 1000,- op. Hij was dus na 50
jaar gebruik in waarde verdubbeld.
Naast het z.g.n. burgerwerk, het onderhoudswerk, is machinaal werk altijd een belangrijk onderdeel van de
werkzaamheden geweest. Was dit blijkens een advertentie in het weekblad "De Andijker" van 1933
o.a. het met een stokkenschaafmachine vervaardigen van kloeten, compleet met helt en vlint voor
ƒ 1,- per stuk, zo werden in de oorlogsjaren 1940-45, toen er bijna geen timmerhout meer was klompen
verzoold. Oude vruchtbomen, op rollen over de weg aangevoerd werden er voor aan plankjes gezaagd. De fabricage
van kratten en gaasbakken voor de tuinbouw werd in 1952 uitgebreid.
Dit werk was erg seizoengebonden. In de tulpentijd, en in de herfst als de tuinders aan het gladiolen roden
waren was het laaiend druk. Mijn vader en ik kwamen dan nachten achter elkaar niet uit de kleren. Het inelkaar
spijkeren gebeurde nog met de hand, op een ijzeren plaat.
Dat de buren over dit steeds weerkerend nachtelijk lawaai niet klaagden mag achteraf een wonder heten.
In 1978 kwam de oudste zoon, na eerst op verschillende plaatsen het vak te hebben geleerd, thuis. Zodat het
bedrijf als vanouds geleid wordt door vader en zoon. En waarvan zoon Jerry dus inmiddels de vierde generatie
vormt.
Het burger en machinaal werk gaan nog altijd samen. Naast merbau-houten kozijnen en ramen worden o.a.
exportkisten voor machinefabrieken en voor de zaad en bollenhandel gemaakt. Voor het inelkaar spijkeren
worden perslucht hamers gebruikt.
Daar in 1978 de machineloods uitgebouwd is tot aan de erfafscheiding, is de noodzakelijk geworden uitbreiding
niet meer mogelijk. Er wordt dan ook druk gewerkt aan plannen voor verhuizing naar een groter pand.
Tot zover het beknopte relaas over een zaak met een geschiedenis, die laat zien hoe hard er gewerkt werd
van vader op zoon om de zaak draaiende te houden, maar ook een zaak met toekomst. We besluiten dan ook met
de vertaling van een Fries spreekwoord uit het plakboek van Piet de Vries: PET AF VOOR HET VERLEDEN, JAS
UIT VOOR DE TOEKOMST!
Foto nog niet beschikbaar.
Het interieur van de timmerzaak met de zelfgemaakte cirkelzaagmachine.